In een meervoudige opdracht van Rijksgebouwendienst, verstrekt aan 6 architecten in 1997, werden de duurzaamheid en openheid van de organisatie van Rijkswaterstaat als hoofdthema’s aangegeven.
Het ontwerp is gebaseerd op de stedenbouwkundige verweving van het groene terrein van Rijkswaterstaat aan de zuidzijde van het Noordzee kanaal en een ruim, open gebouw. Hierbij is rekenschap gegeven aan de integratie van het architectonisch- en het energetisch concept.
Het energieconcept (bijna 100% autonoom) is gebaseerd op de consequente beperking van alle energieverliezen. Door toevoeging van een eigen alternatieve energiebron in de vorm van photovoltaïsche cellen in het dak van het atrium wordt de koeling van energie voorzien.
Veel aandacht is besteed aan duurzaam materiaalgebruik, waarbij de houten draagconstructie van het dak en de houten buitenkozijnen in een natuurlijke afwerking het meest in het oog vallen